Agentschap Telecom, CROW500 en Zorgvuldig Graven, hoe zit dat?

Particulieren, Bedrijven
Informatief
Veilig graven
810 woorden
-

Zorgvuldig graafwerk is meer dan alleen grondroeren. Het begint bij de graafopdracht. Die moet goed voorbereid en uitgevoerd worden. De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI, voorheen Agentschap Telecom) houdt daar toezicht op. En daarvoor hanteren we de CROW 500. Lees hier meer over hoe de RDI rekening houdt met een zorgvuldig graafproces. 

De CROW 500 beschrijft wat er in elke fase van het graafproces gedaan moet worden om zorgvuldig te graven. Er zijn vijf fasen: initiatief, onderzoek, ontwerp, werkvoorbereiding en uitvoering. De opdrachtgever en de grondroerder hebben in iedere fase een belangrijke rol.

5 fasen in het graafproces van CROW500

Tijd en Budget

De opdrachtgever is wettelijk verplicht om aan de grondroerder voldoende tijd en geld te geven om de graafwerkzaamheden zorgvuldig uit te kunnen voeren.

Risico-inventarisatie

De opdrachtgever is verplicht om voorafgaand aan de daadwerkelijke graafopdracht een risico-inventarisatie uit te voeren. Op basis van actuele informatie van de ondergrond moet hij nagaan of er risico’s op graafschade zijn voor de bestaande infrastructuur als de voorgenomen graafwerkzaamheden worden uitgevoerd. Voor de geïnventariseerde risico’s wordt de exacte ligging van de bestaande infrastructuur bepaald.

Een risico wordt onder andere bepaald door:

  • Projectgrootte
  • Aard van de werkzaamheden
  • Drukte in de ondergrond/graafgebied
  • Grondwaterstand
  • Grondsoort
  • Nauwkeurigheid van de gebiedsinformatie
  • Overstekers en/of kruisingen
  • Bovengrondse objecten
  • Graafincidenten in het verleden
  • Detectietechnieken kabels en leidingen
  • Proefsleuflocaties en het aantal proefsleuven
  • Kabel- en leidingtype
  • Kabel- en leidingmateriaal
  • Grondroeringswijze

Maatregelenplan

De opdrachtgever is verplicht om op basis van de risico-inventarisatie per risico aan te geven welke maatregelen de grondroerder moet nemen om graafschade te voorkomen. Dit is het maatregelenplan. De opdrachtgever maakt dit plan en levert het aan de grondroerder aan. Het maatregelenplan helpt de grondroerder in zijn voorbereidingen op het uitvoeren van de graafwerkzaamheden. Als er geen maatregelenplan is dan kan de grondroerder niet aan het werk.

De opdrachtgever is verplicht te zorgen voor een maatregelenplan. Hij kan de grondroerder vragen om het plan te maken maar dat moet wel vooraf duidelijk zijn afgesproken. En evengoed geldt dat de opdrachtgever verantwoordelijk blijft voor de inhoud en kwaliteit van het plan. Het maatregelenplan is onderdeel van de CROW 500.

Werkinstructie voor het uitvoerend personeel

Voor aanvang van de graafwerkzaamheden doet de grondroerder altijd een graafmelding. En hij maakt een werkinstructie op basis van het maatregelenplan. In de werkinstructie staat wat er moet gebeuren, hoe, door wie en op welk moment.

  • De werkinstructies worden opgesteld aan de hand van de volgende aandachtspunten:
  • Aanwezigheid van actuele digitale gebiedsinformatie (KLIC) op de graaflocatie.
  • Eventuele revisiegegevens van uitgevoerde werkzaamheden door (andere) netbeheerders.
  • Gemaakte afspraken met de opdrachtgever, netbeheerder en grondbeheerder.
  • Gemaakte afspraken met de beheerder van een veiligheidsgebied (vliegvelden, kerncentrales en een aantal defensieterreinen).
  • Wijze waarop het zorgvuldig grondroeren is geborgd bij de verschillende typen grondroeringen (graven, boren, snijden, frezen enz.) en wie daarbij welke verantwoordelijkheid heeft.
  • In het geval van een melding van voorzorgsmaatregelen (EV):
    • drie dagen voor aanvang graafwerkzaamheden is contact opgenomen met de netbeheerder op de wijze zoals beschreven in de EV-brief om in overleg afspraken te maken over de EV;
    • schriftelijk vastleggen van gemaakte afspraken;
    • eerst voorzorgsmaatregelen nemen, dan pas starten met de graafwerkzaamheden.
  • Door wie, waar, wanneer en hoe kabels en leidingen worden gelokaliseerd voorafgaand aan de graafwerkzaamheden en indien nodig hoe deze worden gemarkeerd. (zie: CROW 500 hoofdstuk 3: ‘Lokaliseren van kabels en leidingen’)
  • Hoe er zorgvuldig grond geroerd zal worden nabij kabels en leidingen. (zie: CROW 500 hoofdstuk 4: ‘Grondroeren nabij kabels en leidingen’)
  • Het onverwijld (direct) melden van schade aan een net aan de beheerder.
  • Het onverwijld (direct) melden van een afwijkende ligging van een net aan het Kadaster.

De voorman/uitvoerder die leiding geeft aan de graafwerkzaamheden moet de werkinstructies volledig kennen. Zodra er nieuw, vervangend of ingehuurd personeel wordt ingezet, moeten ook zij worden geïnstrueerd. Als er na de startwerkbespreking nog onduidelijkheden zijn, niet starten met de uitvoering.

LMRA (Last Minute Risico Analyses)

Het uitvoerend personeel is de laatste schakel in de keten van een graafproces. Zij kunnen via de dagelijkse LMRA in belangrijke mate borgen dat de grondroerder de graafwerkzaamheden op zorgvuldige wijze verricht. Daarom dienen ze in de uitvoeringsfase dagelijks voor aanvang van de graafwerkzaamheden minimaal het volgende te weten:

  • Actuele gebiedsinformatie inclusief eventuele revisiegegevens.
  • De gebiedsinformatie moet digitaal aanwezig zijn op de graaflocatie.
  • Gemaakte afspraken in het geval van een eis-voorzorgsmaatregel.
  • Alle kabels en leidingen in het zoekgebied gelokaliseerd en gemarkeerd.
  • Wijze van (zorgvuldig) grondroeren nabij kabels en leidingen.
  • Direct melden van schade en afwijkende ligging aan voorman/uitvoerder.
  • Stoppen bij onduidelijkheden en overleggen met voorman/uitvoerder.

Om de aandacht voor zorgvuldig grondroeren te behouden tijdens de uitvoering dient de grondroerder zeer frequent de kennis van de werkinstructie en de LMRA bij het uitvoerend personeel te toetsen. Aanvullend kan regelmatig een toolboxmeeting over het voorkomen van schade door grondroeren worden gehouden.

> Ontdek meer over voor wie de CROW 500 relevant is.

Graag wijst de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur nog op het volgende:

Samen met de deelnemers van het Kabel en Leidingoverleg (KLO) is de nodige informatie ontwikkeld ten aanzien van ‘veilig graven’. Speciale aandacht vragen wij daarbij voor de webinars waarbij mensen uit de praktijk (uw collega’s) de vijf belangrijkste onderwerpen van de CROW 500 behandelen. Zie daarvoor: webinar terugkijken van KLO.

Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur
050 - 587 74 44
Emmasingel 1, 9726 AH Groningen, Nederland
-
View profile
Vraag aan kennispartner?
Registreer je gratis bij ikgagraven.nl
Registreren