De Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken (WIBON) helpt graafschades te voorkomen. Dat bevordert de continuïteit van de levering van essentiële diensten zoals gas, water, elektriciteit en data. Dit is goed voor de economie en burgers voor Nederland en draagt bij aan een veilige leef- en werkomgeving.
In de WIBON zijn een aantal voorschriften opgenomen om ervoor te zorgen dat het graafproces zorgvuldig wordt uitgevoerd. De regels die gelden zijn gericht op de opdrachtgevers van graafwerkzaamheden, de beheerders van de ondergrondse netten en de grondroerders. De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI, voorheen Agentschap Telecom) houdt toezicht op naleving van deze voorschriften.
Met het toezicht bevorderen we normconform naleefgedrag door drie belangrijke doelgroepen uit de WIBON: de opdrachtgevers, de netbeheerders en de grondroerders.
De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) heeft veel interventiemethoden om naleefgedrag te bevorderen. Voor grondroerders in het veld (het graafteam) hebben we de Keetkaart. Dat is een grote poster met informatie die het graafteam helpt zorgvuldig te graven. We organiseren themabijeenkomsten voor de graafketen. En als derden een bijeenkomst organiseren dan nemen we eraan deel. Om kennis te delen organiseerden we webinars met en voor de graafketen die hier terug te kijken zijn. Verder geven we gevraagd en ongevraagd adviezen, laten onderzoek doen, verzorgen inspecties en ondersteunen initiatieven van het Kabel en Leiding Overleg (KLO). Waar nodig doen we incidentenonderzoeken.
De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur controleert bij de belangrijkste opdrachtgevers van graafwerkzaamheden of de graafopdracht zorgvuldig is voorbereid. Dit gebeurt veelal door administratieve controles. Bij netbeheerders kijken we of informatie tijdig is verstuurd naar de grondroerder. Ook controleren we of de netbeheerder adequaat reageert op een ondersteuningsverzoek van een grondroerder en of de verstrekte gegevens bij een graafmelding actueel zijn. Ook dit werk gebeurt veelal via administratieve controles. Lees hier meer over de werkzaamheden van de RDI.
Bij de grondroerder controleren we de aanwezigheid van een geldige graafmelding, de opvolging van een Eisvoorzorgmaatregel, de correcte uitvoering van een werkinstructie en het algehele graafgedrag van het graafteam.
Als we een tekortkoming of overtreding constateren dan stellen we een Rapport van Bevindingen op. Dat is nodig voor het opleggen van een bestuurlijke boete of dwangsom.
Uitgangspunt voor toezichthouder en graafketen is de CROW 500. Dit is een handreiking die beschrijft wat verstaan wordt onder ‘zorgvuldig graven’. De richtlijn is opgesteld in nauwe samenwerking met vertegenwoordigers uit de graafketen en door het KLO geadopteerd als het handvat om graafschades terug te dringen. De CROW 500 is sinds 1 januari 2017 van kracht.
Vanaf 1 januari 2022 ligt het accent van het toezicht van de RDI op stringente handhaving. We voeren in 2022 controles uit bij de belangrijkste opdrachtgevers van graafwerkzaamheden en bij incidenten met gasleidingen controleren we zowel de grondroerder als de opdrachtgever. Indien nodig leggen we ook sancties op. Samen met het KLO gaan we vorm geven aan de werkinstructie. We zetten een communicatiecampagne op voor het graafteam. Als na deze campagne bij een sleufinspectie blijkt dat het graafteam onvoldoende is geïnstrueerd dan gaan we handhaven.
Wij roepen grondroerders op om te zorgen dat zij goed geïnformeerd zijn over de werking van de CROW 500. Deze richtlijn helpt de grondroerder om het uitvoerend werk zorgvuldig uit te kunnen voeren. Ga daarover ook in gesprek met de opdrachtgever. Elkaar informeren en samenwerken in de keten draagt bij aan de gewenste verandering. Want alleen samen voorkomt u graafschades.
Stel hier jouw vraag over grondroeren, dan beantwoorden wij jou deze persoonlijk zo snel mogelijk!